Obama eerste president VS die Chief Technology Officer aanstelt
De technologiesector mag zich gelukkig prijzen met de verkiezing van Barack Obama. Zijn aandacht voor technologie blijkt niet alleen uit zijn interesse voor stamcelonderzoek en nanotechnologie. De ‘president-elect’ heeft ook besloten een CTO voor de Verenigde Staten te benoemen. Nooit eerder in ‘s lands geschiedenis werd een CTO voor de hele natie benoemd.
Voorlopig zijn er nog geen officiële kandidaten bekend voor de nieuwe functie. Eric Schmidt, CEO van Google, behoort weliswaar tot de ‘inner circle’ en denktank van de president-elect, maar hij heeft al officieel bedankt voor de eer. Het zou in elk geval financieel een grote stap achteruit betekend hebben, en als bijbaan naast zijn huidige CEO-taak is het ook niet echt een optie. Daarvoor zijn de verwachtingen van de aanstaande CTO te hoog.
Zeker is alleszins dat Obama van plan is er één te benoemen. Daarmee is hij de allereerste president van de VS die dat doet. Obama en zijn vicepresident-elect Joe Biden hebben in het recente verleden hun plannen bekend gemaakt over de koers die de VS in hun ogen moet varen. Vermits er nu zekerheid over bestaat dat Obama en Biden hun intrek zullen nemen in het Witte Huis, zal ook – minstens – een deel van die plannen daadwerkelijk uitgevoerd worden.
Het bestuderen van die plannen is een interessante oefening. Amerikanen vinden technologische vooruitgang voornamelijk belangrijk vanuit een militair-strategisch oogpunt, zo is in het verleden al vaak gebleken. De VS stelt zich daar zeer protectionistisch in op. Tegelijkertijd toont de geschiedenis aan dat de VS bijzonder vrijgevig kan zijn op technologisch gebied. Het van oorsprong voor militaire doeleinden ontworpen communicatienetwerk Arpanet is bijvoorbeeld op een bepaald moment opengesteld voor het grote publiek. Arpanet kent dat grote publiek nu iets beter onder de naam ‘internet’.
Dat het beleid van Amerikaanse presidenten met betrekking tot technologie van grote invloed kan zijn, blijkt onder meer uit het effect dat Bill Clinton sorteerde toen hij de specificaties voor gps – alweer een militaire ontwikkeling – vrijgaf aan het publieke domein. Als dat niet gebeurd was, zou het bestaan van een bedrijf zoals TomTom volstrekt onmogelijk geweest zijn.
De plannen van Obama maken duidelijk dat hij, anders dan zijn voorganger, een progressieve en pragmatische koers wil varen en niet van plan is zich te laten hinderen door ideologische scherpslijterij. Het is echter denkbaar dat hij zijn plannen slechts gedeeltelijk zal kunnen uitvoeren als gevolg van de kredietcrisis. Dat neemt niet weg dat die plannen hoe dan ook een bepaalde kant zullen opgaan. De vraag is welke. Wat we wel weten, is dat Obama stamcelonderzoek ruim zal subsidiëren, wat onder Bush onmogelijk was. Hij zal zijn aandacht richten op informatie-, bio- en nanotechnologie. De toekomstige president is duidelijk: "Zonder vernieuwde inspanningen riskeert de VS het leiderschap te verliezen in de wereld van de wetenschappen, technologie en innovatie. Als onderdeel van het bruto nationaal product zijn de investeringen van de federale overheid in de fysische wetenschappen sinds 1970 gehalveerd."
Veel van wat Obama wil, lijkt echter niet meer dan vage retoriek. Dat hij kinderen wil beschermen tegen vunzigheden op het internet onder de strikte voorwaarden van het ‘First Amendment’, beter bekend als het recht op vrije meningsuiting, is fijn. Hoe hij dat gaat vastleggen in de wetgeving, blijft onduidelijk. Bovendien is dat niet nodig, want parental control maakt standaard deel uit van vrijwel alle beveiligingssoftware.
Een andere vage maatregel is die betreffende het copyright. Dat moet in deze digitale eeuw herzien worden, vindt Obama, maar op de vraag ‘hoe’ geeft de president-elect geen antwoord. Terwijl dat natuurlijk de kern van de zaak is. Beloftevol is zijn idee om een prioriteit te maken van breedband internet voor elke Amerikaan, ongeacht de persoonlijke economische status. Bovendien wil hij fors investeren in technologie. De vraag is echter of de staatskas nog wel over de middelen beschikt voor zijn technologisch survivalplan. Volgens Obama zou de federale overheid de investeringen in fundamentele research de komende tien jaar moeten verdubbelen.
Ook wil Obama de investeringen in universitair onderzoek opschroeven. Heel concreet is hij ten aanzien van de gezondheidszorg. Er zal de komende vijf jaar 10 miljard dollar geïnvesteerd worden om de papieren diagnose om te toveren in een elektronisch patiëntendossier. Tegelijkertijd meent hij het systeem voor de gezondheidszorg goedkoper te kunnen maken door technologie te gebruiken.
De grootste investering gaat weliswaar naar het milieu. Obama wil 150 miljard dollar investeren in technologie voor groene energie. Die investering moet bovendien 5 miljoen nieuwe jobs opleveren. Rest alleen de belangrijke vraag: Waar gaat hij het geld vandaan halen?
