Verenigde Staten perken export chips naar China in
De handelsoorlog tussen de Verenigde Staten en China is al een tijdje aan de gang. Nu lijkt de Amerikaanse overheid China te willen raken waar het pijn doet. De VS wierpen gisteren een verbod op rond de verkoop van geavanceerde chips aan handelsrivaal China. Dat meldt persbureau Reuters in een bericht. Hiermee willen de Verenigde Staten een stok in de wielen steken van de hoogtechnologische ontwikkelingen in het land.
De aanleiding voor de Amerikaanse keuze om de ban in het leven te roepen zijn de spanningen tussen China en Taiwan. Door China de chips te ontzeggen zou het moeilijkheden ondervinden bij het uitvoeren van geavanceerde taken zoals gezichtsherkenning en kunstmatige intelligentie. Ook willen ze niet dat de chips in handen van het Chinese leger komen. De Chinese overheid liet inmiddels al weten dat de Verenigde Staten hiermee een techblokkade opwerpen. Ze zijn tevens van mening dat de Amerikanen hiermee de globale logistiek van chips in de problemen brengen.
Amerikaanse uitzondering
Zo kreeg chipfabrikant Nvidia te horen dat het zijn topchips niet meer mogen exporteren, zo stelt Reuters. Nvidia maakte al meteen duidelijk niet opgezet te zijn met de ban. Dit zou volgens hen namelijk een impact hebben op hun verkoopcijfers en hun A100 en H100-chips. Deze ontwikkelt het bedrijf specifiek voor machine learning-taken. De Amerikaanse overheid kwam daarvoor vandaag al gedeeltelijk terug op de ban. Nvidia zou exports toelaten voor zaken die gerelateerd zijn aan de ontwikkeling van de A100 en H100-chips via de faciliteiten in Hong Kong. Het bedrijf zou hiervoor toelating krijgen tot 1 maart 2023.
Ook AMD kondigde aan een exportverbod te hebben gekregen. Zij mogen hun MI250-chips gericht op kunstmatige intelligentie niet meer exporteren naar China. Hun minder geavanceerde MI100-chips zouden buiten de blokkade vallen. Volgens chipfabrikant AMD zou het exportverbod weinig tot geen impact hebben op hun verkoopcijfers.
