Apple en Google ondersteunen één corona-app per land

Apple en Google ontwikkelden gezamenlijk een technologie om de verspreiding van het coronavirus op te volgen. Die kan aan de hand van bluetoothverbindingen tussen smartphones iemand waarschuwen wanneer die in de buurt is gekomen van een besmet persoon. Om de app zo privacyvriendelijk mogelijk te maken, wordt er gewerkt met geanonimiseerde gegevens en moeten gebruikers expliciet hun toestemming gegeven.

Ondertussen hebben Apple en Google al een eerste versie van de trackingtechnologie aan ontwikkelaars beschikbaar gesteld in de vorm van een APK. Zo kunnen apps van bijvoorbeeld gezondheidsorganisaties het in hun eigen app integreren. Nu blijkt het wel de bedoeling te zijn dat er per land maar één app ontwikkeld wordt met de technologie. Apple en Google zullen in ieder geval maar één app per land ondersteunen.

Die beperking moet voorkomen dat een overvloed aan apps ontstaat die trackingtechnologie te pas en te onpas integreren. Op deze manier hoopt Google dat de technologie in zoveel mogelijk landen gebruikt wordt.

Frankrijk

Al lijkt het er wel naar uit te zien dat er in België geen tracing app zal ontwikkeld worden. De federale regering heeft al aangegeven liever naar manuele methodes te grijpen om verdere besmettingen op te volgen. Minister Philippe De Backer noemde het gebruik van een corona-app ‘niet noodzakelijk’.

In onze buurlanden is men wel veel happiger om trackingtechnologie te gaan implementeren. In Frankrijk bijvoorbeeld moet de applicatie StopCovid al op 2 juni klaar zijn voor gebruik. De applicatie zit op dit moment volop in de testfase, verklaarde minister van Digitalisering Cédric O. Frankrijk weigerde wel een samenwerking met Apple en Google, omwille van bezorgdheden rond de individuele privacy. Het moet wel nog blijken hoe goed de applicatie werkt op smartphones met iOS en Android, als de technologie niet ondersteund wordt door de techbedrijven. Ook in het Verenigd Koninkrijk voert men volop tests uit met corona-apps.