Facebookplan voor community fact-checkers misschien toch niet waterdicht  

Het idee is dat dit ervoor zal zorgen dat de fact-checkers die Facebook al in dienst had nu sneller foutieve claims zullen kunnen opsporen.  

De algoritmen van Facebook sporen al sowieso mogelijke onjuistheden op. Dat doet het algoritme bijvoorbeeld door te checken of de comments onder een bepaalde post ongeloof weergeven, of dat de account in kwestie een geschiedenis heeft met het delen van foutieve informatie. De posts in kwestie zullen geseind worden voor deze nieuwe werknemers, die Facebook trouwens omgedoopt heeft tot “community reviewers”. Die zullen dan onderzoek doen naar andere bronnen die het nieuwsbericht oftewel bevestigen of ontkrachten. De conclusies van de community reviewers zullen dan gedeeld worden met de echte Facebook-factcheckers, in een poging om de verhalen op te sporen die het meest dringend moeten aangepast worden.  

Hoewel dit een goede oplossing lijkt om het factcheckingsproces ietwat te stroomlijnen, laat de uitvoering in de praktijk wat te wensen over. Facebook zal namelijk gebruik make van geoutsourcete, onderbetaalde en deeltijds werkende amateurs in plaats van experts. Daar komt dan ook nog eens bij dat het reeds bestaande factcheckprogramma van Facebook ook heel wat mankementjes vertoont. Zo is het programma volledig geoutsourcet aan derde partijen (zoals kranten, think thanks en andere organisaties). Daarnaast bestaat het programma ook niet in alle landen waar Facebook actief wordt gebruikt en steunt het ook slechts op eén organisatie., wat dus wil zeggen dat er geen factchecks meer zijn wanneer die organisatie zich uit het programma trekt.  

Het nieuwe beleid zal dus naar alle waarschijnlijkheid maar weinig soelaas brengen voor critici die menen dat Facebook veel te weinig doet om de verspreiding van fake news tegen te gaan.