Intel gaat volop voor AI-chips
Aangezien PC-inkomsten aan de stagnerende kant zijn, steunt Intel steeds meer op verkoop aan datacentra. Die bieden computerkracht voor mobiele en webgebaseerde applicaties. Die apps steunen op hun beurt dan weer op AI voor bepaalde technologieën zoals gezichts- en stemherkenning.
Titanenstrijd
Intel zit Nvidia op de hielen. Toch laat Nvidia met gemak Intel achter zich. Dat komt door het toenemende belang van AI. Die vereisen een grote computerkracht, die alleen kan aangeboden worden door de juiste firmware.
Onderzoekers zijn ervan overtuigd dat grafische processoren zoals Nvidia beter geschikt zijn voor het trainen van AI-algoritmen dan centrale processoreenheden oftewel CPU’s. Die zijn sinds jaar en dag namelijk de steunpilaar van Intel.
CPU vs. GPU
Typische CPU’s voeren berekeningen uit in een bepaalde volgorde. Dat wil zeggen dat iedere wiskundige berekening moet wachten op de voorgaande voor er een nieuwe berekening van start kan gaan. En CPU met meerdere kernen kan de berekeningstijd wel ietwat versnellen, maar die marge valt in het niet bij de snelheid die er met een GPU-processor gewonnen wordt.
Met een GPU beschik je over een processor met duizenden kernen die allemaal tegelijkertijd berekeningen kunnen uitvoeren. Aangezien deep learning honderden tot duizenden minieme berekeningen per seconde uitvoert, zal een GPU zich sneller van zijn taak kwijten. En is die dus ook beter geschikt voor AI-doeleinden.
Een GPU-waardige CPU?
Volgens Intel zelf is het bedrijf er in de afgelopen jaren in geslaagd om hun CPU’s zo’n 200 keer optimaler te maken voor het trainen van AI’s. Dat leidde tot de sterke verkoopcijfers van de Xeon-processoren in 2017. Vorig jaar was over het algemeen een sterk jaar voor Intel: de totale inkomsten van de chipgigant kwamen neer op 62,8 miljard dollar.
De nieuwe cijfers zijn belangrijk voor Intel aangezien het bedrijf vorige maand nog resultaten boekte die voor de verwachtingen van Wall Street tekort schoten. Kort daarop nam de beurswaarde van Intel een duik. Nu lijkt de chipfabrikant weer een frisse start genomen te hebben.
Intel moet wel een zeker zelfvertrouwen uitstralen op de AI-markt. De toekomstige prestaties moeten continu een bepaald niveau blijven behalen aangezien analisten hen elk kwartaal zullen vragen om de prestaties van hun AI-chips.
De aandelen van Intel reageerden positief op de goede cijfers en stegen met 22 cent naar 49,92 dollar. Maar of Intel niet beter omschakelt naar GPU-processoren is nog maar de vraag.
Kapers op de kust
Ook Qualcomm waagt zich aan AI-chips. Met de recente aankondiging van de Snapdragon 700 chip leek de chipfabrikant een antwoord geboden te hebben op de AI-noden voor iets goedkopere telefoons. Dat kan er wel eens voor zorgen dat we binnenkort foto’s van een hoge kwaliteit krijgen op minder kwalitatieve smartphones.
Het toont alvast aan dat AI-chips in de lift zitten en hoe essentieel ze zijn voor onze vierde industriële revolutie.
