4 augustus 2014 11:10

Alle business software als een app?

Het lijkt wel of software tegenwoordig enkel voor mobiele toestellen wordt gemaakt. Ook ondernemingen willen hun mobiele werknemers bedienen. Enkele bedenkingen bij de huidige trend van 'app-ificatie'.

Het lijkt wel of software tegenwoordig enkel voor mobiele toestellen wordt gemaakt. Iedereen heeft de mond vol van "apps" en ook de ondernemingen willen hun mobiele werknemers optimaal bedienen. Maar dit verloopt niet altijd van een leien dakje. Enkele bedenkingen bij de huidige trend van "app-ificatie".

De trend is al enkele jaren aan de gang. "Eindgebruikers zijn het gewend geraakt om op een webpagina met een sexy interface op mooie icoontjes te klikken om iets aan te vragen dat bij voorkleur nog snel geleverd wordt ook", aldus Eric De Witte, vSpecialist en Specialist SE Team bij EMC, "tegenwoordig kan je alles via deze weg vragen: een Windows machine, SAP software, een volledige full stack applicatie met alles erop en eraan."

Maar dit vraagt heel wat van een bedrijf: je moet een service catalogus uitbouwen en daarin kan je heel ver gaan, van infrastructuur (nieuw OS, extra geheugen) tot de volledige portfolio van bedrijfssoftware. Eric De Witte raadt aan om hierbij vooral naar de eindgebruiker te luisteren: "Uiteindelijk zal het steeds de gebruiker zijn die beslist. Iets "pushen" wat de eindgebruiker niet lust heeft immers geen zin meer. Dan gaan ze extern zoeken. Alles is tegenwoordig immers online beschikbaar."

Integratie

Maar dat is eenvoudiger gezegd dan gedaan. Integratie van al deze fraaie tegels op mobiele toestellen met de back-office, waar het hart van de bedrijfssoftware huist, is geen eenvoudige klus. Kris Van der Stappen, BU manager enterprise solutions bij integratie- en e-processpecialist GFI merkt een groeiende aandacht voor (open source) connectoren die de link kunnen leggen tussen de back-office en de verschillende applicaties: "Wij hebben daarbij bewust gekozen om die connectoren open te stellen voor derden, zodat de klant eventueel zelf verder aan de slag kan met integratie op maat." Want net als vroeger in de niet-mobiele wereld is er ook nu niet één technologie die de hele markt domineert.

Twee zaken zijn hierbij heel belangrijk, klinkt het bij Unisys: SOA en strategie. Een gedegen SOA (Service-Oriented Architecture) zorgt ervoor dat point-to-point integraties verleden tijd zijn, dat de integraties efficiënt beheerd en via eenzelfde infrastructuur verzorgd worden, en dat losse koppelingen er tegelijk voor zorgen dat de organisatie flexibel blijft. Niet onbelangrijk, aangezien een app-strategie meestal precies die flexibiliteit beoogt.

Dat beaamt Kevin Dockx, Mobile Solution Architect bij RealDolmen: "Meestal moeten die applicaties nu draaien op verschillende apparaten en dat vereist een degelijke, op standaarden gebaseerde, service-oriented aanpak. Zo kunnen clients voor elk apparaat ontworpen worden, terwijl ze toch van dezelfde services gebruik maken. Een voordeel voor de gebruikers, want zij hebben geen toestel van een specifieke fabrikant nodig om een applicatie te gebruiken, en een voordeel voor het bedrijf, want de services worden hergebruikt.”

Ook op het vlak van beveiliging is er een gelijkaardige evolutie bij de ontwikkeling van mobiele applicaties. “Vele vendor-specifieke applicaties met versleutelde informatie werken niet op elk apparaat, maar met OAuth2 (de nieuwste generatie van een open standaard voor authorisatie, nvdr) hebben we nu wel een standaard die autorisatie toelaat en werkt op elk toestel,” aldus Dockx.

Het belang van een mobiele strategie kan dan ook weer niet worden onderschat, klinkt het bij Unisys: veel zaken worden vergeten bij het zomaar implementeren van een "appje". Een mobiele strategie zorgt voor een holistische aanpak en voor de juiste keuzes over alle lagen heen: gebruiker, proces, infrastructuur, security, organisatie, enzovoort.

Mobile first?

De toenemende vraag naar software in de vorm van mobiele apps doet ook de vraag rijzen over de prioriteit bij ontwikkelaars. SAP roept al verscheidene jaren dat het zijn software eerst voor de mobiele gebruikers ontwikkelt en pas nadien voor vaste toestellen. Volgens Kris Vanstappen, ceo bij Human Interface Group, is het nochtans best practice om eerst te ontwerpen voor desktop en pas nadien te "downsizen" naar mobiel. "Dat is een techniek die nu al toegepast wordt bij responsive design bijvoorbeeld", aldus Vanstappen, "doe je het omgekeerd, dan heeft dit een negatief effect op de user experience."

Maar Vanstappen vindt de discussie over "vast eerst" versus "mobiel eerst" vooral een tijdelijke discussie: "ze is vergelijkbaar met de discussie die vroeger werd gevoerd tussen grafische en tekstinterface. De toestellen zullen steeds meer naar elkaar toegroeien zodat nagenoeg dezelfde toepassingen kunnen gebruikt worden op verschillende types toestellen. De keuze voor mobiel is trouwens onomkeerbaar, zowel voor telefoontoestellen als voor computing devices. De gebruiksonvriendelijke aspecten van deze toestellen (klein scherm, moeilijke input) zullen gaandeweg verdwijnen door de komst van bijvoorbeeld gevirtualiseerde schermen of Google Glass-achtige toepassingen."