Microsoft en Google in Bergen: meer dan symboliek?

Bergen wil tegen 2015 een eigen versie van Silicon Valley in huis hebben: de Digital Innovation Valley. Burgemeester Elio Di Rupo is er alvast in geslaagd twee grote spelers uit de IT naar Bergen te trekken: Microsoft en Google.

Waarom heeft Google voor Bergen gekozen? Het bedrijf heeft immers al twee datacenters in de Benelux, beide in Nederland. Naar eigen zeggen genoot Bergen de voorkeur door de aanwezigheid van glasvezel, elektriciteit, water en bouwfirma’s. Over het feit of er ook staatssteun in het spel was, wil niemand iets over kwijt.

De voordelen voor de regio Bergen zijn eerder beperkt. Voor een investering van meer dan 250 miljoen euro creëert Google tijdens de bouw 300 jobs, en dat nog tot midden volgend jaar. Voor de dagelijkse werking van het datacenter zijn er 100 mensen nodig, gaande van poetsploegen over bewakers tot enkele IT’ers.

Microsofts initiatief kan beter zijn voor regio
Microsoft bouwt geen datacenter in Bergen, maar wel een innovatiecentrum. Bij de aankondiging van dat project in april 2008 liet Microsoft-CEO Steve Ballmer uitschijnen dat de Waalse overheid hem gevraagd had toch een datacenter te bouwen. Maar hij zou dat zelf een slecht plan gevonden hebben, aangezien een datacenter geen enkele meerwaarde zou hebben voor de regio rond Bergen.

Het Microsoft Innovation Centre (MIC) is opgericht om jonge starters in de IT mee te helpen lanceren. Microsoft staat de jonge bedrijven bij met raad en daad, in casu software. Daarbij springen ook de partners bij: HP voor de hardware, Voo voor het bekabelde netwerk en Mobistar voor het draadloze netwerk.

In drie jaar tijd moeten er 150 projecten binnen het MIC opstarten. Daaruit moeten dan 250 arbeidsplaatsen voortkomen in vijf tot tien spin-offs per jaar. Om dat te verwezenlijken, sponsorden Microsoft en de Waalse overheid elk de helft van het project.

Het MIC in Bergen is dan wel het eerste Belgische innovatiecentrum, maar is verre van uniek. In totaal heeft Microsoft 110 zulke instellingen, waarvan 32 in Europa.  

Microsofts criteria om voor Bergen te kiezen, verschillen van de maatstaven die Google hanteerde. “De locatie van onze MIC’s kiezen we aan de hand van het beschikbare lokale talent”, zegt Jan Muelfeit, vice president citizenship corporate affairs. “Langs de andere kant moet er ook een actieve betrokkenheid zijn van de overheid. Ze moeten er een strategisch doel in zien. Vandaar dat het samenwerkingsmodel een privaat-publieke samenwerking is.”

Een MIC werkt meestal rond een bepaalde specialisatie. In Bergen is dat e-health. “Je moet de traditionele sterkte van een land pakken en die toepassen op IT”, zegt Jan Muelfeit. Op welke manier de regio rond Mons gespecialiseerd is in e-health, vertelde hij er niet bij. In elk geval is het geen slechte specialisatie, aangezien de gezondheidszorg een van de weinige sectoren is die niet geraakt wordt door de crisis.
 

Zonder kritiek te willen leveren op nieuwe buur Google, vindt hij de economische waarde van een datacenter toch eerder beperkt. “Meer jobs en hightech krijg je door een innovatiemodel. Een datacenter huisvest dan wel veel servers, maar zorgt niet voor een creatief ecosysteem.

Muelfeit schat dat de Waalse overheid uiteindelijk een puike return on investment gaat halen uit het onderzoekscentrum. Door de aanwezigheid van hightechbedrijfjes gaat het aantal hooggeschoolden in de omgeving stijgen. Tegelijkertijd zorgen de bedrijfjes voor gesofistikeerde jobs.

Walen paaien
Microsoft hoopt met het innovatiecentrum in Bergen ook zijn blazoen wat op te poetsen. Ten zuiden van de taalgrens heeft Microsoft geen al te beste reputatie. Dat heeft een historische oorsprong, volgens Luc Van De Velde, director developers and platform group: "Microsoft is in België gegroeid uit een Benelux-bedrijf dat sterk op de Nederlandstaligen was gericht. Zo’n vijf jaar geleden hebben we aangevoeld dat daardoor in Wallonië een negatieve perceptie van Microsoft groeide. We hebben meer Franstaligen aangeworven en mensen specifiek voor de Franstalige markt laten zorgen. Met dit centrum zorgen we er mee voor dat beide kanten van de taalgrens investeren."

Waar het niet om te doen is, is macht. Microsoft geeft starters de kans om de infrastructuur van het MIC te gebruiken voor ontwikkeling en tests. Maar eens ze met een product op de markt gaan, moeten ze zelf voor hun IT instaan. "En we hebben liefst dat ze dan voor Microsoft kiezen," zegt Van De Velde, "maar als ze dat niet doen, dan zij het zo."

Microsoft wil wel de IT-markt als geheel aanzwengelen. "Als de koek groter wordt, dan groeit ook het deel van Microsoft", oordeelt Van De Velde.

Hoe solliciteren?
Er zijn verschillende manieren om een project aan het MIC in Bergen te starten. Eerst en vooral loopt er een request for projects. De ingediende projecten moeten aan drie voorwaarden voldoen: ze moeten innovatief zijn, banen creëren en haalbaar zijn. Vierde -minder dwingende – voorwaarde is dat de projecten met e-health te maken hebben.

Bedrijven die projecten hebben lopen die grenzen aan de taak van het MIC kunnen ook aankloppen. Ook daarvoor geldt dat ze banen moeten opleveren. "Naast Waalse bedrijven mogen ook Vlaamse ondernemingen zich hier komen investeren", sluit Luc Van De Velde af.