De basics van Google Analytics: deel 1

Omdat de implementatie wel meer inspanning vergt dan het plaatsen van een paar meetcodes, zijn hier enkele do’s en don’ts in de Google Analytics van je webshop. Deze week deel 1: de basics.

Bepaal de KPI’s

Begin met vast te stellen welke Key Performance Indicators (KPI’s) het succes van je webshop bepalen. Daarmee kan je in de gaten houden hoe goed je webshop het doet en baken je de belangrijkste statistieken af. Concentreer je op concrete en meetbare doelen zoals bijvoorbeeld meer producten in winkelwagen, meer inschrijvingen voor de nieuwsbrief en verhogen van winkelwagen- en checkout-conversie.

Je KPI’s zijn de statistieken die met deze doelen te maken hebben. Als je wilt weten of je de checkout-conversie effectief verhoogt, moet je het aantal bestellingen en het aantal producten dat klanten toevoegen aan de winkelwagen bekijken. Deel de bestellingen door het aantal producten in de winkelwagen, en je weet hoe je conversie rate evolueert.

Vergeet nooit de basisinstellingen

Kijk daarna kritisch naar de basisinstellingen. Hoewel het voor de hand ligt, durven velen het al wel eens over te slaan. Welke basisinstellingen zijn van belang voor een webshop?

• Het invullen van de juiste tijdzone en valuta-eenheid.

• Een juiste activatie van de interne zoekopdrachten op de site. (Achterhaal hiervoor de query-parameter van je zoekmachine achterhalen. Deze kan je terugvinden in je url, wanneer je gebruikmaakt van je zoekmachine. Op Twinkle.be is dat bijvoorbeeld “q”).

• Vink ‘bots filteren’ aan. Hier past echter wel een disclaimer bij; dit is slechts 3 tot 5 procent van alle (spam)bots. Kijk via het rapport ‘technologie-netwerk’ kritisch naar actieve bots en sluit deze uit op je statistieken. Deze kan je herkennen aan een bounce-percentage van 100 procent afkomstig van direct verkeer.

Gebruik cross domain tracking

Met cross domain tracking kan je je (sub)domeinen aan elkaar koppelen. Je wilt namelijk voorkomen dat Google Analytics je eigen domeinen weergeeft als verwijzende site. Met cross domain tracking wordt het mogelijk om sessies op twee gerelateerde sites als één sessie te beschouwen. Wanneer is cross domain tracking noodzakelijk?

• Wanneer je je winkelwagen/checkout hebt geïmplementeerd binnen een externe applicatie of ander (sub) domein.

• Wanneer je de webshop koppelt aan een externe applicatie of ander (sub) domein met i-frames.

• Wanneer je gebruikmaakt van een interne applicatie zoals Facebook log-in.

• Wanneer je beschikt over meerdere webshops.

Cross domain tracking is belangrijk om bijvoorbeeld het gebruikersaantal accuraat te registreren. Stel, een van je klanten gaat van je webshop naar het aparte domein met de winkelwagen-applicatie. Als je die domeinen niet hebt gelinkt, wordt de actie van de gebruiker beschouwd als twee aparte gebruikers en twee aparte sessies. Let op: betaalproviders zoals Paypal kan je helaas niet meenemen binnen je cross domain-implementatie. Je hebt namelijke geen toegang tot hun Analytics-account. Betaalproviders kan je wel uitsluiten als verwijzende site. Ga hiervoor naar ‘trackinginfo-lijst’ met verwijzingsuitsluitingen.